Sinds 2007 bestaat het netwerk Eeuwige Moes. Dit is een landelijk netwerk dat als doel heeft het behoud en gebruik van oude, vaak vergeten, akkerbouw- en groentegewassen en -rassen.
Het is ontstaan vanuit het initiatief en de collectie van Ruurd Walrecht, de eerste die in Nederland structureel oude rassen ging verzamelen en vermeerderen om deze te behouden. Hij begon hiermee al in de jaren ’60, in een tijd dat ‘modernisering van de landbouw’ hoog in het vaandel stond, met ‘hoge opbrengst rassen’, de opkomst van hybriden, en tegenwoordig nog vele andere hightech technieken als genetische manipulatie (wat ook weer een verzamelnaam is) en extreme bescherming van het eigendom, middels patenten op zaden, op genen etc.
Meer dan 40 jaar heeft hij rassen uit heel Nederland verzameld en bewaard.
In 1995 richtte hij Stichting De Oerakker op, met als doel om oude historische land- en tuinbouwgewassen als levend cultureel erfgoed te behouden.
Na zijn vertrek naar Zweden is zijn collectie opgeslagen in de Nederlandse genenbank en werd het netwerk Eeuwige Moes opgericht om de collectie in stand te houden en zijn gedachtengoed over een breder publiek te verspreiden.
Het initatief bestaat uit historische- en landgoedtuinen, heem- en stadstuinen, groentekwekers, musea en andere belangstellenden. Doel is het behoud van ons biocultureel erfgoed.
Het netwerk Eeuwige Moes bestaat momenteel uit 90 initiatieven.
Doel is om de collectie en het aantal inintiatieven uit te breiden, om zo ons levend erfgoed zo goed mogelijk te bewaren.
Tweemaal per jaar is er een bijeenkomst van het netwerk, een zomerbijeenkomst, meestal een bezoek aan de tuin van een van de leden en een najaarsbijeenkomst, waarbij meer over beleid wordt gepraat.
Dit jaar was het thema
VERDERE STAPPEN VOOR BESCHERMING VAN ONS LEVEND CULTUREEL ERGOED
De bijeenkomst is meestal in Wageningen, bij de nationale genenbank.
Er werd gediscussieerd naar aanleiding van korte inleidingen door
– Chris Kik , Loes van Loenen (Visie op een nieuwe structuur van Nederlandse levend erfgoed organisaties), Loek Hilgers (Ontwikkelingen netwerk de Bekoring), Johannes Spyksma (Verdere stappen met Fries levend cultureel erfgoed) en Monique Wijn (Nationale regelgeving omtrent gebruik en vermarkting oude rassen)
Gespreksleider was Bert van Ruitenbeek van Stichting Zaadgoed.
Chris Kik, hoofd gewascollectie van het CGN (Centrum voor Genetische Bronnen) vertelde over de concrete opbouw traditionele NL rassen collectie.
Er zijn inmiddels 5144 oude Nederlandse rassen in kaart gebracht middels de Oranje Lijst (www.oerakker.nl), van 20% is hiervan nog zaad aanwezig.
Doel voor 2020 is om een Nationaal Levend Cultureel Erfgoed Collectie op te bouwen, en daarmee 100 rassen in stand te houden, deze te vermeerderen, goed te beschrijven en te verspreiden en in gebruik te nemen. Bedoeling is dat de bevolking deze zelf kiest.
Loek Hilgers van de Bekoring vertelde dat Stichting de Korensla is opgericht. Deze stichting wil akkerbouwgewassen in situ (op het veld) in stand houden. Ze wil door beheren van oude reservaatakers en oude huisdierrassen, soorten die inmiddels verloren zijn gegaan of uiterst zeldzaam geworden, terugwinnen voor het gebied.
Fan Fryske Grun heeft 100 landbouwgewassen in vermeerdering. ZE hebben steun van de provincie Friesland, waardoor 2 personen in dienst genomen konden worden, voor kennisvermeerdering en afzet.
Loes van Loenen presenteerde een onderzoeksmodel voor een mogelijke nauwere samenwerking, zowel op gebied van planten, dieren als bomen. Er ontstond discussie of een dergelijke koepel zinvol is en het ontwikkelen van een nationaal plan van aanpak. Er waren stemmen om dit eerst op het plantgebied te creeren.
Monique Wijn vertelde over de nieuwe ontwikkelingen in de Europese wetgeving die registratie van oude rassen verplicht maakt. Na contact met de NAK, het keuringsinstituut voor de land- en tuinbouw, blijkt dat deze een nuancering aanbrengt afhankelijk van de omzet van het gewas en of dit gewas op de Europese zadenlijsten voorkomt.
Na de pauze was een inspirerende presentatie van Neil Munro over de Britse ‘Heritage Seed Library’ (www.gardenorganic.org.uk).
Deze is in de jaren ’70 ontstaan, om bedreigde en verdwijnende rassen en varieteiten te behouden, die niet op de officiele nationale lijst stonden ‘heritage’ rassen.
Daarnaast behouden ze ‘heirloom’ rassen, dit zijn rassen die weliswaar onderscheidbaar zijn, maar geen officiele naam hebben, vaak al jaren in families of regio’s in gebruik.
Ze hebben nu 800 varieteiten in hun catalogus.
Een deel produceren ze zelf 40% vd catalogus, de rest wordt door 180 guardians en 3 contracters vermeerderd. Ze hebben 6500 leden en verzenden 30.000 zaadverpakkingen per jaar. 3500 leden bestellen zaden, 3000 leden zijn alleen steunlid.
Een belangrijk deel is het beschrijven van de soorten. Daarvoor hebben ze een database aangelegd. Ze geven ook ondersteuning aan lokale groepen, die een lokale zadenbank willen opzetten (‘edible Lancaster’ etc.) hoe je een databank opzet en je collectie beschrijft en beheerd. Ze vragen ook beschrijvingen van degenen die de zaden weer uitzaaien om terug te koppelen hoe de zaden er uitzien.
Aan het eind van de dag kregen we een demonstratie zaadschonen bij Unifarm van de Landbouwuniversiteit WUR door Gerrit Huisman.
Initiatieven kunnen zich aanmelden bij het netwerk Eeuwige Moes door een email aan Chris Kik, chris.kik@wur.nl van de Nederlanse Genenbank, waar de basis van de collectie ligt opgeslagen.
Website: www.oerakker.nl
Nu ook op facebook
https://www.facebook.com/#!/groups/760297144061450/